Als lactatiekundige IBCLC houd ik me aan de Internationale Code voor het op de Markt brengen van Vervangingsmiddelen voor Moedermelk (International Code of Marketing of Breastmilk Substitutes). De Code is van toepassing op de marketing en op alle daarmee samenhangende activiteiten, van de volgende producten:
- vervangingsmiddelen voor moedermelk, waaronder kunstmatige zuigelingenvoeding
- andere melkproducten die bedoeld zijn als aanvulling, opvolging of vervanging voor moedermelk zoals opvolgmelk bijvoorbeeld
- flessen en spenen.
De WHO-code heeft als doel dat ouders zonder beinvloeding door commerciele partijen zelf een keuze moeten kunnen maken voor de voeding van hun kind. Dankzij de WHO-code is in Nederland de reclame voor babyvoeding onder zes maanden aan banden gelegd. De WHO-code is uitgebreider dan de Nederlandse Warenwet of de Europese wet- en regelgeving.
Mijn bedrijf houdt zich zo goed mogelijk aan de WHO-code.
Meer lezen: